- De Atlantische Oceaan oversteken
- Tussenstops op de Canarische Eilanden en Kaapverdië
- Er wordt dag en nacht gezeild
- Je wordt ingedeeld in het wachtsysteem van de Twister. Het is niet verplicht, maar wel sterk aanbevolen om aan alle wachten deel te nemen.
- Aan boord wordt standaard vegetarisch eten geserveerd. Als je vis of vlees wilt eten, kun je dit bij boeking aangeven.
- Alle maaltijden aan boord, havengelden etc. inbegrepen
Vanuit Lissabon beginnen we aan de grote oversteek naar de Nieuwe Wereld. We hijsen de zeilen en zetten koers naar het zuidwesten, naar de Canarische Eilanden. We zeilen op de Atlantische Oceaan, waar de golven lang zijn en lui onder het schip door rollen.
Na ongeveer vijf dagen zeilen bereiken we Tenerife, een van de grotere Canarische Eilanden. Hier is er tijd om van boord te gaan en het eiland te verkennen. Afhankelijk van hoe goed de reis is verlopen, kunnen we hier een paar dagen blijven, want er is zoveel moois te zien.
Tenerife is een vulkanisch eiland met spectaculaire landschappen en jungle in het binnenland. Je kunt hier de vulkaan El Teide beklimmen en er zwemmen verschillende soorten walvissen en dolfijnen rond het eiland. De kustplaatsen zijn toeristischer en hebben een overvloed aan leuke bars, dus dit eiland heeft voor elk wat wils.
Onze volgende tussenstop is ongeveer even ver weg. De passaatwinden duwen ons in de richting van de Kaapverdische Eilanden, waar Sao Vicente onze bestemming is. We meren aan in Mindelo, de hoofdstad. Na een paar dagen op zee is het leuk om van het stadsleven te genieten en wat cultuur op te snuiven of de veerboot te nemen naar Santo Antao, het exotische paradijs, en daar de tropische bossen te bezoeken. Dit eiland is gespaard gebleven van massatoerisme, waardoor het nog authentiek en onbedorven is. De Kaapverdische Eilanden zijn interessant genoeg om weken te blijven, maar we moeten verder. We zetten koers naar de Nieuwe Wereld. De passaatwinden blazen ons hier in razend tempo richting de kust van Zuid-Amerika. Op de oceaan maak je je ook mentaal los van de kust. Onderweg moeten we navigeren en sturen. Omdat de wind meestal uit dezelfde richting waait, hoeven de zeilen maar een beetje bijgesteld te worden. De temperatuur is aangenaam en er is genoeg tijd voor een goed gesprek, een boek of luieren. De wachten geven structuur aan de dag.
Als de wind even gaat liggen, is het mogelijk om midden in de Atlantische Oceaan te zwemmen. Zwemmen met 5000 meter water onder je, zonder land in zicht, is een ervaring om nooit te vergeten. Achtervolgd door een tonijn, schiet er af en toe een school vliegende vissen uit een golf. Soms valt er een op het dek en is de verse vis letterlijk binnen handbereik.
En dan komt er plotseling land in zicht! Na een lange tijd op zee is dit een heel bijzondere ervaring. Op zo’n moment kun je je ook voorstellen hoe bijzonder het moet zijn geweest voor de zeelieden die de oceaan overstaken zonder moderne kaarten en navigatieapparatuur. We gaan voor anker bij de Duivelseilanden voor de kust van Frans Guyana. We hebben de oversteek gemaakt! Eenmaal aan land ervaar je hoe het is om zeebenen te hebben. Het kan meer dan een dag duren voordat dit effect verdwijnt. De Duivelseilanden zijn bekend van het boek en de daarop gebaseerde film Papillon. Vroeger was hier een strafkolonie, waarvan de overblijfselen nu overwoekerd zijn door jungle. Nadat we hebben gevierd dat we de overkant hebben bereikt, varen we naar het vasteland van Frans Guyana. De Marowijne Rivier stroomt langs de grens tussen Frans Guyana en Suriname. We varen deze rivier op en gaan voor anker bij de stad Saint Laurent du Maroni. Hier kunnen we een andere Franse strafkolonie bezoeken, de rivier oversteken naar de Surinaamse stad Albani of met de rubberboot verder stroomopwaarts varen om te zien wat er te ontdekken valt. Daarna drijven we weer stroomafwaarts en zetten koers naar het kloppende hart van Suriname: Paramaribo. Hier genieten we van het goede leven: Parbo bier, leuke sfeer etc.